Het betrokken subject is UBO van verschillende ondernemingen. Hij maakt gebruik van zeer complexe bedrijfsstructuren waar bij navraag niet leidt tot duidelijkheid over de connecties tussen de verschillende partijen. Uit het rekeningverloop van de ondernemingen blijkt dat veel en hoge geldleningen worden ontvangen van diverse particulieren en bedrijven en dat deze binnen korte tijd aan dezelfde partijen worden afgelost met nieuw verkregen kortlopende leningen. De ene lening wordt afgelost met de andere. Het rekeningverloop laat overigens vooral het schuiven met leningen zien en nauwelijks bedrijfsgerelateerde activiteiten. De UBO werkt onvoldoende mee aan het onderzoek van de financiële instellingen.

In het dossier van de FIU zijn ook transacties verdacht verklaard van particulieren die geld uitlenen aan ondernemingen van de UBO. De meldende financiële instelling vindt bij de relatie tussen de UBO en deze particulieren een aantal factoren opvallend. Direct na het openen van de rekeningen door de particulieren worden er in korte tijd bijzonder grote geldbedragen overgeboekt naar de ondernemingen van de UBO. Hierbij blijft het onduidelijk wat de herkomst van het uitgeleende geld is. Dit sluit al niet aan bij het gebruik van een particuliere betaalrekening. Vragen hierover aan de klanten werden steeds wisselend beantwoord en onderbouwd met dubieuze documenten. Verder waren de rentepercentages nergens vastgelegd, maar betrof het volgens de meldende instellingen tussen de 25% en 100%. Verder vonden er dagelijks een of meerdere transacties plaats tussen de particulieren en de ondernemingen van de UBO, deze bedragen werden dezelfde dag weer teruggeboekt naar de particulieren met een verhoging van enkele duizenden euro’s. Tot slot is er geen plausibele relatie vastgesteld tussen de ondernemingen van de UBO en de particuliere klanten van de bank.